Wist je dat kleur op zich eigenlijk niet bestaat? Dat we genieten van de kleurenpracht op aarde is het gevolg van een bijzondere samenwerking tussen onze ogen en ons brein.
Elke kleur haar golflengte
Voorwerpen stralen licht uit of weerkaatsen het. Elke kleur heeft haar eigen golflengte van licht. Die komt aan op ons netvlies, waarop miljoenen lichtgevoelige cellen zitten.
120 miljoen staafjes – 7 miljoen kegeltjes
De lichtgevoelige cellen zijn zowel staafjes als kegeltjes. De staafjes zijn gevoelig voor licht en beweging. De kegels zorgen voor kleurwaarneming. Ze functioneren enkel bij daglicht. Bij nacht nemen de staafjes het over.
Het zijn de kegeltjes
Bij de kegeltjes heb je drie soorten: elke soort is gevoelig voor een van deze 3 basiskleuren: rood, blauw en groen. De kegeltjes vangen het licht op en sturen dit signaal via de oogzenuw naar de hersenen. De hersenen geven hier vanuit hun ervaring de naam van een kleur aan.
Hoe kunnen we dan oranje en geel zien?
Als de rode en groene kegeltjes het licht even sterk absorberen, zien we dat als geel. Als de kegeltjes die gevoelig zijn voor rood meer licht krijgen dan de groene, zien we het voorwerp als oranje, enz.
Kleur is subjectief
De perceptie van kleur hangt verder ook af van je leeftijd, of je een man of vrouw bent en je cultuur. Zo hebben Russen totaal andere namen voor lichtblauw en donkerblauw. Voor hen zijn dit 2 heel verschillende kleuren. Vrouwen zouden in staat zijn meer kleuren te onderscheiden dan mannen.
Kleurenblind
Als sommige type kegeltjes niet goed werken, herkennen de hersenen bepaalde kleurschakeringen niet. Dan spreken we van kleurenblindheid of daltonisme.